Kamer stemt over invoering dierrechten in kalverhouderij

De indieners wijzen erop dat de kalverhouderij vooral is gericht op export en veelal gevestigd is nabij stikstofgevoelige natuurgebieden. Omdat er voor de sector geen fosfaat- of dierrechten bestaan – in tegenstelling tot bijvoorbeeld de melkvee-, varkenshouderij en pluimveehouderij – kan er niet gestuurd worden op de omvang van het aantal gehouden dieren.

Grip te krijgen op kalverhouderij
Met de invoering van dierrechten hopen de partijen meer grip te krijgen op de kalversector. Daarmee zou de overheid niet alleen de omvang van de kalverhouderij kunnen reguleren, maar ook de impact op natuur en milieu beter kunnen beheersen. De kalversector is geen voorstander van invoering van dierrechten. Het is kostprijsverhogend en maakt opvolging van bedrijven moeilijker. Ook is de bijdrage van de kalverhouderij in de totale agrarische emissie slechts 3 procent, waardoor er weinig milieuwinst te halen is.

Nauw verbonden met melkveehouderij
De kalverhouderij telt in Nederland iets minder dan een miljoen dieren en is nauw verbonden met de melkveehouderij in Noordwest-Europa. Ongeveer vijftienhonderd gezinsbedrijven houden kalveren en de sector is goed voor ruim 22.000 full time arbeidsplaatsen die samen een toegevoegde waarde realiseren van bijna 2 miljard euro.