Kalverhouderij in eindfase overleg convenant Dierwaardige Veehouderij

De afspraken zijn tot stand gekomen na intensief overleg tussen de veehouderijsectoren, marktpartijen, maatschappelijke organisaties (Dierenbescherming en Caring Farmers) en het ministerie van landbouw. De afspraken vloeien voort uit de aangenomen motie van oud-Tweede Kamerlid Vestering (PvdD) uit 2022 waarin stond dat de huisvesting van dieren op geen enkele manier de gezondheid en het welzijn van dieren mag benadelen. In 2024 is een wijziging op die wet aangenomen door zowel Tweede als Eerste Kamer. Hierbij is afgesproken dat in een convenant per sector staat wat de afspraken zijn om richting 2040 te komen tot een meer dierwaardige veehouderij. De gemaakte afspraken zijn bovenwettelijk.

Randvoorwaarden
Tijdens een webinar van LTO Nederland lichten de LTO-vakgroepvoorzitters dinsdagavond 25 maart het proces toe hoe er toegewerkt is naar een onderhandelingsakkoord. Naast de afspraken over dierenwelzijn bevat het convenant ook de nodige randvoorwaarden waaraan voldaan moet worden. Bijvoorbeeld dat er een markt moet zijn voor de producten die voortkomen uit de nieuwe afspraken. Ook moeten investeringen, om te voldoen aan het convenant, financieel uit kunnen. Subsidies, MIA/Vamil en bijvoorbeeld versneld afschrijven van de bestaande investering, kunnen hieraan bijdragen. Bovendien moet het vergunningsproces weer gaan lopen zodat veehouders investeringen kunnen doen die bijdragen aan het dierenwelzijn.

Onafhankelijke autoriteit
Een onafhankelijke autoriteit gaat toetsen of de afspraken tussen de partijen nagekomen kunnen worden. Als er bijvoorbeeld geen markt is voor een bepaald product, heeft het ook geen zin om te investeren in de betreffende manier van huisvesten. Ook moeten veehouders een vergunning kunnen aanvragen voor een bepaalde wijze van houderij of huisvesting. Lukt dat niet, dan kunnen veehouders niet aan de gevraagde voorwaarden voldoen. Voor de vakgroepvoorzitters is de rol van de autoriteit cruciaal en onlosmakelijk verbonden aan het convenant. De autoriteit heeft geen wettelijke bevoegdheid maar zal monitoren, signaleren en adviezen geven aan de convenantspartijen. De autoriteit kan dienen als rem (als afspraken niet na te komen zijn) of als gaspedaal (als er voldoende ruimte is om afspraken uit te voeren). Een verkenner gaat onderzoeken hoe de autoriteit er uit zou kunnen zien.

Algemene Maatregel van Bestuur
Naast het convenant komt er een AMvB (Algemene Maatregel van Bestuur) waarin de wettelijke kaders staan waaraan het dierenwelzijn moet voldoen. LTO Nederland heeft nog geen inzicht in deze teksten die momenteel door ambtenaren van het ministerie van LVVN geschreven worden. De vakgroepvoorzitters hopen wel dat dat de teksten niet te ver voor de muziek uitlopen en dat het convenant leidend is bij de stappen die de sectoren gaan zetten in dierenwelzijn. Linda Verriet van de POV: “Bij een convenant is iedereen betrokken; veehouders, marktpartijen en overheid. Dan kun je werken aan ambities. Als het in de wet staat, ligt alle verantwoordelijkheid bij de veehouder, terwijl misschien de randvoorwaarden er niet zijn om de maatregel uit te voeren.” De tekst van de AMvB's zal in april bekend worden. Hierna volgt er een internetconsultatie waarin een ieder kan aangeven wat hij of zij vindt van de concepttekst.