‘Constante kwaliteit bepaalt succes vloeibaar voeren’

Drie jaar geleden kocht Wouter Boeren het kalverbedrijf van zijn buurman. Kort na de aankoop kwam Denkavit met de vraag of de jonge kalverhouder interesse had in vloeibaar voeren. Boeren stond er positief tegenover. Als voormalig zzp’er heeft hij veel ervaring met het voeren van wei en vloeibaar vet aan kalveren. Hij had echter één voorwaarde: niet steeds andere wei in de silo. Daar had hij op andere bedrijven meer dan voldoende negatieve ervaringen mee opgedaan. “Je ziet het meteen aan de kalveren, een minder goede vertering en een slechter haarkleed.”

Zijn manier van werken komt overeen met die van zijn contractgever. Ook die wil een constante kwaliteit zodat de dieren maximaal kunnen presteren. De wei komt van vaste leveranciers waarvan samenstelling en drogestofpercentage bekend is en nagenoeg niet wijzigt. Om vloeibaar te kunnen voeren is wel een forse investering nodig die, afhankelijk van de bedrijfsgrootte, ligt tussen de 50.000 en 100.000 euro.

Denkavit neemt op haar contractbedrijven de investering voor haar rekening. Bij Boeren komt dit neer op drie nieuwe geïsoleerde tanks (twee voor de wei en één voor het vet), inclusief een zware betonnen fundering. Daarnaast moet de voerkeuken aangepast worden met extra pompen en kleppen voor het mengen van de verschillende componenten. Naast wei en vet blijft er ook nog een aanvullende poederkern in het rantsoen.

Ongeveer twee derde van contractbedrijven van Denkavit werken met vloeibare wei en vloeibaar vet. Een team van specialisten binnen het veevoerbedrijf houdt zich bezig met de tijdige bevoorrading. Boeren geeft op dinsdag door wat de voorraad wei is. Vanuit het rantsoen en het aantal dieren op het bedrijf, weten de planners bij Denkavit wanneer een nieuwe vracht nodig is. Wei blijft ongeveer één week houdbaar, dus een goede planning en voorraadbeheer is essentieel.

Lees de volledige reportage in De Kalverhouder die zaterdag 10 oktober verschijnt.