Meer kansen voor organische mest na EU-akkoord

De Europese Raad, de Europese Commissie en het Europees Parlement hebben een informeel akkoord bereikt over een nieuwe meststoffenverordening. Dit betekent dat er op termijn meer mogelijkheden komen voor het inzetten van organische mest.

Door deze wetgeving stimuleert de EU de productie van nieuwe bemestingsproducten gemaakt van biologisch afbreekbaar afval, dierlijke mest en andere reststromen. Waardevolle nutriënten worden zo gerecycled en gaan niet verloren. Daarmee zou ongeveer 30 procent op fosfaatkunstmest bespaard kunnen worden.

Bovendien mogen met het akkoord gerecyclede meststoffen vrij verhandeld worden op de Europese markt door het opstellen van Europese normen. Organische meststoffen die worden gemaakt in het ene EU-land kunnen nu zonder problemen verkocht worden aan andere Europese landen. Zo wordt de kringloop binnen de EU beter gesloten.

Jan Huitema, VVD-Europarlementariër en één van de onderhandelaars, is trots op het akkoord: “Door deze nieuwe wetgeving wordt de mestkringloop beter gesloten. Hierdoor gaan waardevolle nutriënten niet verloren, besparen we energie, is de CO2-uitstoot lager en zijn we minder afhankelijk van derde landen."

LTO Nederland ziet het akkoord op termijn als een belangrijke stap in het breder kunnen inzetten van organische mest. Claude van Dongen, LTO-bestuurder met portefeuille Bodem en Waterkwaliteit, ziet ruimte ontstaan voor de erkenning van kunstmestvervangers. “Echter zo ver is het nog niet. Daarvoor is nog een andere interpretatie nodig van de definities uit de Nitraatrichtlijn. De Europese Commissie onderzoekt dit.” Nu wordt mineralenconcentraat, buiten enkele kleine pilots in Nederland, nog door Europa beschouwd als dierlijke mest.

Het grootste struikelblok tijdens de onderhandelingen was het instellen van een limietwaarde voor het giftige cadmium in fosfaatkunstmest. De limiet voor cadmium in kunstmest wordt gesteld op maximaal 60 millegram per kg.